Nieuws
Bezoek dat niemand wil: op pad met een deurwaarder
26 augustus 2019Bezoek dat niemand wil: op pad met een deurwaarder
Bron: Het Parool
Behalve als ‘eiser’ staan deurwaarders tegenwoordig ook als ‘schulddienstverlener’ op de stoep. Maar de agressie blijft. Op pad met deurwaarder Paul Otter in de Admiralenbuurt.
Voorin de auto van deurwaarder Paul Otter (57) ligt een stapel formulieren met enveloppen met daarop de tekst: ‘Inhoud direct lezen’. Het eerste adres betreft een portiekwoning op driehoog. Otter drukt een paar keer op de bel, maar de deur blijft dicht. Hij gluurt door de brievenbus, kijkt naar boven en constateert dat de ramen vuil zijn en de gordijnen gesloten. “Veel mensen isoleren zich. Een envelop als deze maken ze niet eens open. Ze weten al hoe laat het is,” zegt Otter van deurwaarderskantoor Syncasso in Amsterdam.
Hij zal deze ochtend meer dichte deuren treffen, maar bij het derde adres gaat de deur wel open. De bewoner heeft een boete van het Centraal Justitieel Incassobureau (CJIB) die inmiddels is opgelopen tot 850 euro. Er wordt beslag gelegd op zijn uitkering. “Heeft u meer schulden?” vraagt Otter. De man knikt. Hij kampt ook met huurschulden. “U kunt naar schuldhulpverlening. Daar kunnen ze u helpen,” zegt Otter. Erg enthousiast over dat idee lijkt de man niet te zijn.
Paul Otter (57) werkt 28 jaar als deurwaarder. In de tien jaar daarvoor werkte hij bij de Amsterdamse politie. De afgelopen vijf jaar hebben deurwaarders van hun opdrachtgevers – waaronder de overheid, banken en verzekeringsmaatschappijen – te horen gekregen dat zij meer dienstverlener moeten zijn. Otter schat van tevoren in hoe groot de kans is dat de schulden worden terugbetaald. “Hangen er lakens of kranten voor de ramen, isoleert een bewoner zich en puilt de brievenbus uit, dan heeft het eigenlijk weinig zin een vonnis in de bus te doen. Bij twintig tot veertig procent van de schuldenaars lukt het niet om geld terug te krijgen. Ik probeer zo’n persoon dan naar maatschappelijk werk te praten. Eerst moet je zorgen voor financiële rust, dan pas voor psychosociale rust.”
Geweld en agressie
Otter onderscheidt drie groepen schuldenaars. “Je hebt de groep die het niet kan en onder bewind moet worden gesteld, dat betreft veelal verstandelijk beperkte mensen. Dan is er de groep die door scheiding, ontslag, arbeidsongeschiktheid of een sterfgeval tijdelijk van het padje af is en even bij de hand moet worden genomen. Ten slotte zijn er mensen die het geld wel hebben maar door bijvoorbeeld dwarsigheid of semicrimineel gedrag met de schuld proberen weg te komen.”
Een collega-deurwaarder van een Amsterdams kantoor is vorige maand ernstig mishandeld. Hij werd met stalen pijpen geslagen en liep botbreuken in armen en benen op. Bij de beroepsorganisatie van gerechtsdeurwaarders wordt al enige tijd gesproken over geweld en agressie en het dragen van alarmsystemen.
Otter heeft zelf ook weleens een klap gehad of is met de ‘spade’ achterna gezeten, zegt hij. “Mijn motto is: ik ga met dezelfde tanden naar bed. Ik loop weg als iemand geweld gebruikt.”
“Ik kijk van tevoren ook hoe de woning eruitziet. Als ik een dichtbegroeid tuinpad zie, dan houd ik wat afstand van de voordeur en kijk hoe snel ik kan wegkomen als het uit de hand loopt. Dat is iets wat ik als politieman heb geleerd.”
Een volgend adres leidt naar een mooie benedenwoning. Na wat getik op het raam doet de bewoonster open. Ze krijgt te horen dat er beslag is gelegd op haar salaris wegens een zorgverzekeringsschuld van rond de duizend euro, dat is inclusief de gerechts- en deurwaarderskosten. Ze lijkt het zonder veel protest te aanvaarden. “Dit is waarschijnlijk een slip of the pen geweest. Deze vrouw heeft een goed salaris. Hier wordt gewoon betaald,” zegt Otter.
“Toen ik dit werk net deed, vond ik dat iemand met schulden gewoon moest betalen. Punt uit. Maar ik heb steeds meer begrip gekregen voor mensen met schulden. Het kan iedereen overkomen. Er ligt veel sociale druk om mee te doen. Mensen kopen mobiele telefoons, grote flat-screens en nemen een Netflixabonnement. De kans de fout in te gaan, is veel groter. Vroeger kwamen we veel meer in de arme buurten, nu bellen we steeds vaker aan bij de middenklasse.” Lees meer…